Sinds begin 2024 is er veel gebeurd binnen het project. In dit stuk willen we een samenvatting geven van het verloop tot dusver. Later dit jaar delen we meer m.b.t. de methodieken die we gebruiken en hun achtergrond, de voorlopige resultaten van de proef en andere ontwikkelingen.
Een veranderde planning door de weersomstandigheden
Afgelopen na- en voorjaar is er ontzettend veel regen gevallen in de Achterhoek. We hebben de percelen waarop de proeven uitgevoerd worden, bepaald in het najaar van 2023 en gedurende deze tijd hebben we ook de nulmetingen uitgevoerd. Sindsdien is er echter zoveel neerslag gevallen dat er uiteindelijk op twee van de geselecteerde percelen lange tijd water is blijven staan. Daardoor is er erg laat ingezaaid en is de opkomst van de gewassen sterk beïnvloed door alle regenval. De wateroverlast heeft er voor gezorgd, samen met de verlate beslissing over de subsidie vanuit het RVO, dat we pas in het voorjaar met verschillende behandelingen konden beginnen in plaats van in de herfst. Voor afgelopen herfst hadden we gepland een ploegzoolbehandeling met micro-organismen uit te voeren en een groenbemestermix van 20 tot 30 soorten in te zaaien. De ploegzoolbehandeling en het inzaaien van een divers groenbemestermengsel staan nu gepland voor het einde van dit seizoen.
De methodes
De behandelingen die uitgevoerd worden, hebben als gemeenschappelijk doel de bodembiologie en bodemstructuur te verbeteren, zodat agrariërs minder afhankelijk worden van externe-inputs zoals kunstmest en chemische ‘gewasbeschermingsmiddelen’. De methode die we uittesten met dit project omvat de volgende behandelingen: 1) een ploegzoolbehandeling met micro-organismen; 2) het inzaaien van 20-30 soorten groenbemesters; 3) het aanbrengen van een zaadcoating volgens de Johnson-Su methode; 4) het behandelen van de gewassen met bladmeststoffen en compostthee.
Zoals eerder genoemd hebben we door de vertraging omtrent de goedkeuring van de subsidie en het zeer regenachtige na- en voorjaar, geen ploegzoolbehandeling kunnen uitvoeren en geen diverse groenbemester kunnen inzaaien. Door de aanhoudende regen werden ook de behandelingen met bladmeststoffen en compostthee vertraagd. De zaadcoating is volgens het originele plan uitgevoerd. De aanhoudende regen van het voorjaar heeft zowel het moment van zaaien alsook de eerste spuitbehandelingen vertraagd. Twee van de percelen zijn uiteindelijk pas eind januari ingezaaid in plaats van halverwege oktober, het gaat hierbij om de gewassen rode spelt en rode tarwe.
De opkomst van deze gewassen is sterk beïnvloed door de wateroverlast, hierdoor hebben we ervoor gekozen om het monitoringsplan te updaten en een perceel van het project te wisselen voor een ander perceel.
De data die verzameld wordt
Op bijna alle percelen is in het najaar een 0-meting uitgevoerd, op twee percelen is dit door de wateroverlast in het voorjaar gedaan. De volgende parameters worden gemeten: waterbergingscapaciteit; infiltratiegraad; microrespiratie; microbiële diversiteit, bodemchemie, bodemkoolstof en de uren die agrariërs bezig zijn met het implementeren van de methodes. Daarnaast zijn de percelen gemonitord met drone en satellietdata.
Deze drone en satellietdata worden gewonnen met multispectrale camera’s waarmee het mogelijk is om kaarten te maken die informatie geven over o.a.: opkomst, biomassa en eventuele (hitte)stress van planten. AgriWatch is een partij met uitgebreide expertise op dit gebied en heeft de verschillende proeflocaties in de Achterhoek op twee velddagen bezocht. De data verwerken we in SoilBeat, een nieuw data platform geoptimaliseerd voor regeneratieve landbouw.
Met deze data willen we meten in hoeverre de methodes die getest worden, bijdragen aan een gezonder agro-ecoysteem en of deze methodes economisch inpasbaar zijn. Met de data m.b.t. koolstof worden ook mogelijkheden voor nieuwe verdienmodellen verkend.
Compostthee
Voor het brouwen van de compostthee hebben we een composttheebrouwer aangeschaft van Edapro, dit is een Zwitsers bedrijf dat gespecialiseerd is in het werken met compostthee en het produceren van composttheebrouwers. Eerst hebben we geëxperimenteerd met verschillende recepten, waarbij de hoeveelheden voedingsstoffen en compost variabel waren. Deze recepten zijn gecheckt op zuurstofniveau en microbiële activiteit, dit laatste met behulp van de microscoop. Nadat de gewassen opgekomen zijn en het land begaanbaar was, zijn we de gewassen gaan behandelen met zelfgebrouwen compostthee.
Bladbemesting
De compostthee is gecombineerd met het toevoegen van spoorelementen, deze spoorelementen kunnen worden opgenomen via het blad. Doel van het toevoegen van deze spoorelementen is het verbeteren van fysiologische processen. In een verstoorde bodem lopen veel processen verre van optimaal, bijvoorbeeld de fotosynthese en de productie van complexe suikers en eiwitten. Door gebruik te maken van de nodige spoorelementen, kunnen deze processen worden bevorderd. Wanneer de fotosynthese niet optimaal verloopt, wordt er minder energie in de bodem gestopt in de vorm van exudaten, de bodemecologie is daardoor onvoldoende divers en actief en kan de plant vaak niet van cruciale spoorelementen voorzien. Door het toedienen van deze spoorelementen via het blad kan deze impasse worden doorbroken. Hierbij zijn er ook andere randvoorwaarden die een rol spelen, echter vallen deze buiten de scope van dit schrijven.
Voor het werken met bladbemesting hebben we ons gebaseerd op het werk van Advancing Ecological Agriculture en de cursussen die zij aanbieden op dit gebied. Dit bedrijf heeft als bekend gezicht John Kempf, de host van de Regenerative Agriculture Podcast. Zij zijn de voorloper in het gebruik van plantsapdata en bladbemesting als middel voor de transitie naar een duurzamer landbouwsysteem. Hun voormalig CEO Jason Hopson werkt ook mee aan het project en adviseert m.b.t. het toepassen van de bladbemesting. Voor het samenstellen van de bladbemesting gebruiken we voornamelijk producten van SoilTech, de mengsels stellen we samen op basis van de tekorten en/of overschotten in de plant. Laatstgenoemde hebben we bepaald op basis van plantsapanalyses, dit kan men zien als een soort bloedonderzoek van de plant. Nederland heeft een gespecialiseerd laboratorium voor plantsap, NovaCropControl. In het voorjaar hebben een aantal deelnemers van de proef hier een masterclass over plantsapanalyses gevolgd.
Voor het bepalen van de plantsapdata moeten bladmonsters genomen worden voor 9 uur ‘s ochtends, dat kan gezien worden als een soort rustpunt in de fotosynthesecyclus van de plant. Zowel voor als na de behandelingen hebben we bladeren gemonsterd en opgestuurd naar Novacrop. Met Jason Hobson hebben we de plantsapdata geïnterpreteerd en nieuwe recepten bepaald. Deze samenwerking is een unieke kans, AEA werkt immers nog niet tot nauwelijks binnen Europa.
We hebben meerdere behandelingen uitgevoerd sinds aanvang mei, op moment van schrijven lopen de behandelingen nog.
Koolstofopslag als financiering voor de transitie
Met Nieuw-Groen onderzoeken we welke mogelijkheden er liggen om een verdienmodel te maken voor boeren omtrent de koolstof die ze opslaan met regeneratieve praktijken. Dit kan mogelijkheden bieden voor boeren die willen overstappen naar regeneratieve landbouw. We werken op dit moment aan het formuleren van twee online e-learnings die aanbieder en afnemer kunnen informeren over de potentie, mechanismen en randvoorwaarden. Financiering van dit soort maatschappelijke baten staat nog in de kinderschoenen. We werken toe naar rondetafelgesprekken in de herfst om te kijken of er animo is in de regio Achterhoek.